Trappentoren, kanteltrap, luifel en al zijn onderdelen in thermisch verzinkt staal
De Nieuwe Leie (nu de Ververij) is een oud industrieel textiel complex dat deel uitmaakt van de 19e eeuwse gordel van Ronse. De ambitie en missie van de stad is een cultureel en recreatief voorzienings-apparaat uit te bouwen ten behoeve van Ronse en omstreken. Begrippen als renovatie, hergebruik, mobiliteit, landschap, industrieel erfgoed, de natuur-cultuur as, water, collectief geheugen en duurzaamheid zijn hierin de sleutelwoorden.
Het masterplan betracht een gepaste aansluiting en invulling in het bestaande stedelijke weefsel. Er gaat veel aandacht naar de verbinding en overlapping van stad en platteland.
De inrichting van het landschap is gebaseerd op 3 inhoudelijke pijlers; een historiserende component (textielindustrie), een ecologische component (gelegen in de beekvallei) en een culturele en recreatieve component.
Na de sanering van het volledige gebied worden tijdens fase 4 van het stadsvernieuwingsproject “De Ververij” te Ronse alle voorzieningen gerealiseerd nodig voor het functioneren van de stedelijke academie en de infrastructuur voor de dienst cultuur.
Het programma omvat een muziekacademie, ruimtes voor beeldende kunsten, een dansatelier en een tentoonstellingsruimte. Het nieuwe volume, de muziekacademie, wordt geflankeerd door bestaande gebouwen, fragmenten van de voormalige textielfabriek De Nieuwe Leie, die grondig gerenoveerd worden.
Brede duurzaamheid is ook hier de inzet: contextueel, compact, laag-energetisch, correct materiaalgebruik, flexibiliteit, waterrecuperatie,...
In een latere fase wordt ook nog een schouwburg gepland, eveneens geënt op de onderliggende post-industriële footprint.
Thermisch verzinkt staal is hier gebruikt in de constructie en uitwerking van de buitentrappentoren en luifel aan de hoofdinkom van de Cultuursite de Ververij. Deze trappentoren fungeert niet alleen als noodtrap maar ook als baken naar de stad, aan de toren kunnen spandoeken en andere elementen worden opgehangen.
De 15 m hoge trappentoren steunt deels af op het gebouw en op 2 kolommen, de beglaasde luifel is opgehangen aan het gebouw door twee verzinkte buizen. De toren zelf geeft toegang tot het dakniveau voor onderhoud en is toegankelijk als vluchtweg vanaf verdieping 1 en 2. De toegang tot het gelijkvloers en evacuatieniveau gebeurt via een kanteltrap, die bij vlucht van verdieping 1 op een eenvoudige manier kantelt door middel van tegengewichten. Het ontgrendelingssysteem werkt op dezelfde manier als een traditionele paniekbaar.
De volledige trappentoren, kanteltrap, luifel en al zijn onderdelen zijn uitgevoerd in thermisch verzinkt staal dat ter plaatse gemonteerd is de doorvalbeveiliging is uitgevoerd in verzinkte wapeningsnetten die voor verzinking gelast zijn in stalen kaders. De maatvoering vertrekt van de nodige ruimte voor de vluchtwegen en de beschikbare ruimte.
Er is gekozen voor thermisch verzinken omwille van de noodzakelijke constructiewijze in staal, de risicovolle corrosiebescherming indien gekozen werd voor verven en omwille van de passende industriële uitstraling.